Omroep Lingewaard

Herfst……

Nog één keertje sloven de bladeren zich uit de allermooiste kleuren voor de dag te toveren in een poging zelfs de aan de betovering van de natuur twijfelende te overtuigen, alvorens ze zich, moe van het drie seizoenen lang het eigen gewicht torsen, naar – misschien voor – Moeder Aarde buigen.
De triestheid is troef bij dit niet zelf gekozen vaarwel, nota bene een beleefd plaats maken voor wat erna komt. Van vele in de natuur ogenschijnlijk afzonderlijk opererende compagnons krijgt “la tristesse” de helpende hand gereikt.

De regen doet haar striemende werk, laat niets over van wat tevoor nog zonneschijn mocht heten. Van die zonnewarmte, die de ontvanger weldoend streelde, blijft slechts een vage herinnering, wel een aangename met de belofte van een gepland spoedig weerzien.
De wind lijkt ingehuurd om iedere weerbarstigheid zonder mededogen af te straffen en in die entourage wordt het bijna ondoenlijk bij het Allerzielenbezoek aan de laatste rustplaats het predicaat “laatste” te plaatsen, alles tegen beter weten in.
Er te zijn geweest zonder het recht te kunnen claimen dat zijn ook maar met één el te mogen verlengen. Het verplicht plaats te moeten maken zonder aan die in de natuur geplande stoelendans een andere wending te kunnen geven.

Geen vredige rustplaats, generlei zekerheid over een terugkeer, geen garantie voor een nieuwe lente, slechts een blad, dat opgesmukt de thuishaven wilde aandoen. De natuur is in haar pracht ongenaakbaar. Een onmogelijke relatie: pracht en ongenaakbaar. De herfst is mooi, ook in haar triestheid.

Piet Driessen in De Nieuwe Koerier van 21/10/1998