Huissense Gilden (juni)
Wie telkenjare rond 25 juni de Huessense gildebroeders ziet zwoegen aan het Looveerse front heeft in tegenstelling tot de jeugdige Wildeman-supporters snel ontdekt, dat het geheel onderkelderd is met enige dubbele bodems met Bols- en Heineken-nuances. Je hoeft Sherlock Holmes geen concurrentie aan te doen om te ontdekken, dat het vuurvechten het heilige vuur mist. De Laurentianen geven slechts in schijn de Gangulphianen tegengas in een spel, dat sedert het verdwijnen van het Veerhuis romantische spanning mist.
Het gevecht van 1988 krijgt echter het etiket van echtheid. Het leek niet alleen oorlog, het was echt een strijd op leven en dood. Vanwaar dit geweld aan de folklore? Vooraf dient men te weten, dat op zondag het koningschap werd verschoten. Daar zijn dan enige kandidaten, soms uit ambitie, dit keer echter om het eeuwigdurend keizerschap van de regerend monarch te voorkomen. Bij de jeugdigen lukte dit laatste volgens plan. Bij de senioren werd het een en ander wat problematischer, omdat Geert Bouwmeister net op het kritieke moment de Angerense Polder opzocht in plaats van de flarden van de klos naar beneden te blazen. Nu promoveerde de regerend vorst zichzelf tot keizer-voor-het-leven en schoot daarmee het kruit in lichterlaaie. Een keizer, die niet op vergaderingen verschijnt, zelfs in de Umdracht schittert door afwezigheid, kan gewoonweg niet.
De oorlog brak uit om rond half zeven in de avond van zondag 26 juni 1988. Juist toen de “zwik blaozers” poogden een toast te produceren op het laatse schot, gingen de trommelaars en hun begeleiders vol ongenoegen hun werkstaking aan het rondbazuinen. Een geluk bij een ongeluk was, dat koning Hugo I ook nog enige hulde moest worden gebracht, anders hadden de roffelaars al meteen hun (trommel)vel opgevreten.
Tijdens de oorlog op de “Terpweide” bleken er zoveel gesneuveld dat het vuurvechten op maandag meer op een replica van de Laatste der Mohikanen leek. De Gelderlander voorspelde: “Volgend jaar het vuurvechten op zaterdag”. De verslaggever bedoelde natuurlijk: vroeger op maandag, dit jaar al op zondag, volgend jaar… juist!
Ik voorspel: De Laurentianen gaan naar zaterdag, dat scheelt enige snipperdagen en de koning van het Sint Gangulphus-restantje blijft op maandag de strijd winnen bij gebrek aan tegenstanders. Na een eigen Sinterklaas, een eigen markt, ook een eigen vuurvechten op de Zilverkamp!
Piet Driessen (DNK, 13/7/1988)