De “R” zit weer in de maand. Je merkt het aan heel veel dingen. De reclames op televisie en radio die zich zo langzamerhand weer gaan richten op middeltjes tegen snotneuzen en keelpijn. De winterkleding die overal weer in de rekken hangt en…….jaja de pepernoten die alweer volop in de schappen liggen. Alles herinnert ons eraan dat de zomer nu toch echt op zijn einde loopt en dat de koude, natte herfst- en wintermaanden weer voor de deur staan. In de avond is dit ook al goed te merken. Het wordt steeds vroeger donker en het duurt vast niet lang meer voordat we de verwarming weer een graadje of wat hoger gaan zetten, als dat al niet gebeurd is.
Ik verwacht dat de zwartepietendiscussie over niet al te lange tijd ook weer in alle hevigheid losbarst. Al zullen we het hier wel nooit over eens worden. Een ander item dat de laatste jaren ook steeds vaker ter sprake komt en waar we het ook maar niet over eens lijken te kunnen worden is het verzetten van de tijd. Wintertijd, zomertijd ook hierover zijn en blijven de meningen verdeeld. Het is nu in ieder geval al zover gekomen dat de Europese Unie zich over het hele gebeuren gaat buigen dit na een uitgebreide enquête waaruit is gebleken dat de meeste Europeanen van het verzetten van de klok af willen. Het verstoort hun bioritme dusdanig dat hun dagelijks functioneren er onder lijdt zo valt her en der te lezen.
Ik kan me er eerlijk gezegd niks bij voorstellen. Mensen die weken, of nog langer, van slag zijn omdat die ene nacht een uurtje langer of korter is dan de nacht ervoor. Ik vraag me dan af: gaan deze mensen altijd op dezelfde tijd naar bed en staan ze iedere dag op hetzelfde tijdstip op? Gaan ze nooit een keer naar een feestje waarbij ze tot in de late uurtjes doorgaan? Slapen ze nooit een keertje uit? Ik geloof er eigenlijk niet zo in. Uiteraard snap ik dat het ook te maken heeft met het feit dat het in de ochtend opeens een uurtje eerder licht is in de zomer bijvoorbeeld, maar als je daar zoveel last van hebt en je weet dat, dan ga je de avond ervoor toch eerder naar bed. Dan duurt de nacht in principe net zo lang. Je moet er iets voor over hebben.
En dan zijn er natuurlijk ook nog mensen met kleine kinderen. Ik snap dat het even een omschakeling is als het eerder licht is of vroeger donker of wat dan ook maar geloof me, kinderen worden groter en voor je het weet lig je eerder op bed dan je kroost of word je al vroeg in de ochtend gewekt door voetstappen op de trap van zoon- of dochterlief die dan pas thuiskomt van het stappen.
Anders is het met dieren. Zij kennen alleen hun biologische klok. Hun dag begint zodra het licht wordt en dat kan in sommige gevallen wellicht vervelend zijn. Hanen die opeens wat vroeger gaan kraaien bijvoorbeeld of nachtdieren die in de winter minder slapen dan in de zomer. Lastig is het voor mensen met een veebedrijf waarbij er op vaste tijden gevoerd en gemolken moet worden. Ja, dat is vast even wennen maar ook daar valt op te anticiperen lijkt me.
U begrijpt het al. Ik ben voorstander van het behouden van het systeem dat we nu hebben. De knusse winterdagen waarbij het wat vroeger donker is, en wat later licht in de ochtend, en de heerlijke zomerdagen waarbij we op mooie avonden lekker lang buiten kunnen zitten met zijn allen.
Mocht men ervoor kiezen het verzetten van de klok af te schaffen en kiest men hierbij voor behoud van de zomertijd bedenk dan dat het in de winter op de kortste dagen met een beetje pech pas rond 9.30u in de ochtend licht wordt. Mocht de oorspronkelijke tijd, dus de wintertijd, worden aangehouden dan kunnen we de lange zwoele lichte zomeravonden vaarwel zeggen.
We zullen zien. Voor nu ga ik nog maar even genieten van de R die we de komende tijd in de maanden zullen hebben.
De “R van BRRRRR wat is het koud, van LekkeRRRRRR knus op de bank, van waRRRme chocolademelk met slagRRRoom, PepeRRRnoten en SinteRRRklaas( met of zonder en Piet), de KeRRRstdagen en de jaaRRRwisseling. En de “R” van VRRRRRoeg donker.
Nu maar hopen dat ze “R” bij de EU nog eens goed over nadenken en dat ze het licht aldaar tijdig zullen zien.
Fijne “R” Maanden gewenst allemaal.
Joyce Derksen
