“Eén van de domste moties van de afgelopen tijd”, noemt Lingewaards wethouder van den Bos het voorstel van Tweede Kamerlid Erkens (VVD) om de regionale aanpak van de verduurzaming van Nederland af te schaffen en er de provincies over te laten besluiten. Begin februari vond dat verzoek aan het kabinet echter wel de steun van een meerderheid van de Kamer. Minister Hermans van Klimaat en Groene Groei, deskundigen en ook de regio’s kijken er afkeurend naar. Volgens wethouder van den Bos is de motie om de Regionale Energiestrategieën (RES) af te schaffen vooral een poging verduurzaming te frustreren. Net nu de regio waarvan Lingewaard deel uitmaakt stappen zet in de verdere uitwerking van haar strategie…
Om te zorgen dat Nederland kan overstappen van fossiele brandstoffen naar schone(re) energiebronnen, is het nodig nieuwe bronnen te realiseren. Fossiele brandstoffen zijn vervuilend, warmen op, en zorgen voor spanningen en ongelijkheid tussen wie ze wel en niet heeft. Om duurzame energie op te wekken wordt vaak gehoopt op kernenergie. Maar de bouw van een centrale kost vrijwel altijd tientallen jaren. Kleinere reactoren zijn in ontwikkeling, maar het plaatsen van zonnepanelen en windmolens is voorlopig de eenvoudigste en minst risicovolle route. Om daarop te kunnen vertrouwen is een mix van die verschillende bronnen belangrijk, én moet het stroomnet flink worden uitgebreid.
Maar een windmolen wil niemand in de achtertuin. Als je gemeenten vraagt waar ze moeten komen, dan zullen ze de molens tegen de grens zetten. De helft van de overlast komt dan immers in de achtertuinen aan de andere kant daarvan, waar men er niets over te zeggen heeft. Zo is de spreiding van projecten en de inspraak van inwoners het belangrijkste argument voor de opdeling van Nederland in 30 ‘Energieregio’s’, en dat is aantoonbaar succesvol. Het ministerie van Klimaat en Groene Groei besloot recent zelfs nog verder in te zetten op die regio’s.
Gemeente Lingewaard zit aan tafel in de ‘Groene Metropoolregio Arnhem-Nijmegen’, samen met de Provincie, zestien andere gemeentes, drie waterschappen en netbeheerder Liander. Onderlinge afspraken zijn in 2023 vastgelegd in de ‘RES 1.0’. Nu is er de ‘RES 2024’, waarmee de huidige stand van zaken in beeld is gebracht. Halverwege 2025 wordt de ‘RES 2.0’ verwacht. In aanloop naar dat nieuwe document vol voornemens en afspraken heeft de Lingewaardse gemeenteraad op 30 januari ingestemd met een brief met wensen aan de Groene Metropool Regio. Doelstelling van Gemeente Lingewaard is om in 2030 minimaal net zoveel elektriciteit duurzaam op te wekken als het gebruikt, in 2050 moet dat gelden voor alle vormen van energie. Meer dan alleen een strategie, is de RES ook een platform om tot samenwerkingen te komen, aldus het college in de brief. Anders dan in de RES 1.0 is een gezamenlijke aanpak inmiddels goed te herkennen in de RES 2024. “We zijn ons steeds meer bewust dat samenwerking nodig is […]”. En dat biedt ook mogelijkheden voor belangrijke investeringen die zich niet direct uitbetalen. Voor lef en innovatie, zo stelt het college vast.
Gesteund door de raad heeft het college drie nadrukkelijke wensen richting de RES 2.0. Zij vraagt de Groene Metropool Regio om ruimte voor zonnepanelen in de beleidsstukken, aan de Lingewal en tussen A15 en Betuweroute. Over het grote belang van een zonneveld aan de Lingewal voor NEXTgarden, woningbouw, en bedrijventerrein Agropark 3 schreef Omroep Lingewaard eerder al een artikel dat u vindt onder ‘politiek’ op onze website. Ten derde wenst het college ruimte te krijgen voor het realiseren van duurzame bronnen voor bedrijven, als daarmee efficiënt wordt bijgedragen aan het energiesysteem.
Het moge duidelijk zijn dat het geloof in de Energieregio als vorm ook in Lingewaard groot is. Kamerlid Erkens spreekt in zijn motie over ‘versnippering’. Het zou democratischer en slagvaardiger zijn om plannen over te laten aan gekozen gemeenteraden en provinciebesturen. Maar de energieregio’s, waar die overheden zelf in deelnemen, wijzen dat idee af. Of stappen die zijn gezet om tot de samenwerkingen te komen per 2030 (deels) teniet worden gedaan, is met het verzoek van de Kamer nu aan verantwoordelijk minister Hermans. Voorlopig ligt Nederland (volgens het PBL) op schema om de doelstelling voor het opwekken van hernieuwbare energie voor 2030 te halen. Of daarna ook de volgende stap gezet kan worden, ligt met name aan afspraken die in Den Haag nog niet zijn gemaakt.
– Door de Politieke Redactie –