Ondanks het mooie weer is het al echt te merken, de dagen worden weer korter. Het wordt steeds
eerder donker, de blaadjes beginnen nu echt te vallen en jaja de pepernoten en ander Sintsnoepgoed
ligt alweer volop in de winkels. Het gaat de afgelopen tijd vaak over onze tradities en dat we ze
allemaal langzaam lijken kwijt te gaan raken maar daardoor hebben we er inmiddels ook een traditie
bij gekregen. Een twijfelachtige, dat wel maar het is nu eenmaal een jaarlijks terugkerend iets
geworden waaraan we allemaal bewust of onbewust aan mee doen. De Pietendiscussie.
Dit jaar lijkt hij iets later op gang te zijn gekomen maar de media aandacht is er niet minder om.
Internet ontplofte toen de NTR deze week bekend maakte om tijdens de landelijk intocht met
roetveegpieten te gaan werken. Voor- en tegenstanders spraken zich hier tamelijk ongenuanceerd
over uit. De één zag het als een overwinning terwijl de ander de beslissing met de grond gelijk
maakte. Zo zouden de kinderen in roetveegpiet gemakkelijk de buurman of de juf kunnen herkennen,
met als gevolg dat de ouders weer heel wat uit hebben te leggen. Ook zou het discriminatie zijn
omdat donkere mensen nu geen Piet meer kunnen spelen, roetvegen zullen immers niet te zien zijn
op hun donkere wangen. Een smerige streek noemde ik het gekscherend. Een beetje humor in deze
kan geen kwaad. Wij volwassen hebben vaak de neiging om te veel over dingen na te denken. We
kijken soms te moeilijk naar zaken. Voor kinderen is het veelal heel simpel: de Sint is de man met het
grote boek, hij kent de wensenlijstjes van iedereen, en de pieten zijn altijd vrolijk, brengen
cadeautjes en delen snoepgoed uit. Het maakt kinderen echt niet uit hoe ze eruit zien bij hen draait
niet om wat ze zijn maar om hetgeen ze doen.
Ik herinner me nog goed dat wij in Doornenburg tijdens de intocht van de Sint van het dorpsplein
naar het kasteel moesten lopen. Tijdens deze wandeling kwam er een Piet naast ons lopen die
spontaan een gesprekje begon. Hij vroeg me hoe het ging met mijn werk en hoe het mijn vader
beviel om met pensioen te zijn. Het was duidelijk dat hij me kende. Terwijl we met elkaar aan het
praten waren probeerde ik hem goed te bekijken om te zien of ik hem herkende. Vragen wie hij was,
was uiteraard geen optie want dochterlief, toen nog zwaar gelovig, liep naast me. Toen het gesprek
klaar was en we bij het kasteel waren aangekomen zei ik zachtjes tegen mijn vriend “Heb ik een heel
gesprek met hem gehad, maar denk je nu dat ik weet wie het was?!” waarop mij dochter die mij dus
wel had gehoord, verontwaardigd antwoordde: “Wie het was? Ja zwarte Piet natuurlijk.” Ik schoot
spontaan in de lach. Tja zo simpel was het eigenlijk ook. Zo zien kinderen het, zelfs al zouden ze de
persoon herkennen op dat moment is hij of zij gewoon een Piet.
“Het zijn gewoon mensen zoals jij en ik, die als Piet mogen werken” zei mijn dochter toen ze eenmaal
zelf had ontdekt dat Pieten gewoon geschminkt waren. Een wereldbaan dus in haar ogen.
Inmiddels heeft de NTR laten weten dat er tijdens de intocht naast roetveegpieten ook zwarte Pieten
te zien zullen zijn omdat Piet zwarter wordt naarmate hij vaker door de schoorsteen is gegaan.
Toch ben ik blij dat ik mijn kinderen niks meer uit hoef te leggen, want zeg nou zelf. Op welk huis
staat tegenwoordig nog een schoorsteen bijvoorbeeld, en als hij erop staat bij wie komt deze nog
echt uit in de woonkamer?
Een mooie discussie voor volgend jaar lijkt me, al laten we daar maar geen traditie van maken.
Fijn weekend allemaal