Sommigen van de lezers zullen het wel weten, anderen misschien ook niet maar ik ben een product van de vroege jaren zeventig. Opgegroeid in een tijd dat de wereld minder ziek leek te zijn. Ik zeg met nadruk minder ziek “leek” te zijn omdat men het wil laten lijken alsof het nu pas slecht gesteld is met de wereld. Dat het nu erger is dat het ooit geweest is, terwijl zich in werkelijkheid al eeuwenlang overal ter wereld gruwelijkheden afspelen die hun weerga niet kennen. Misschien komt het omdat de meeste ellende tot nog toe een soort “ver van ons bed show” was, maar nu het terrorisme en de daarbij horende zinloze acties steeds dichter komen lijken we ons pas echt te beseffen hoe ziek de wereld is en hoe besmettelijk en hardnekkig deze ziekte soms blijkt te zijn
In deze angstige, onzekere tijden denk ik dan ook vaak met weemoed terug aan die relatief veilige jaren uit mijn jeugd. Een mooie tijd. Van mobiele telefoons had nog nooit iemand gehoord, bellen deed je gewoon met een telefoon met draaischijf en de hoorn zat vast aan een snoer waardoor je niet verder dan een paar meter van het toestel vandaan kon lopen. Computers waren er nog maar mondjesmaat. Pas op de middelbare school maakte ik er kennis mee, kregen we les in blind typen maar hadden meer lol met het overstuur helpen van de lerares door steeds op “printscreen” te drukken. Werkstukken op de basisschool school schreef je dus nog gewoon met de hand, informatie zocht je op in boeken en bijbehorende plaatjes knipte je uit tijdschriften of kranten. Het uiten van mijn hersenspinsels, die ik toen ook zeker al had, ging niet zo gemakkelijk als nu. Ik typte weleens wat maar dat moest dan op een typmachine met inktlint, en als je een fout had gemaakt kon je weer opnieuw beginnen. Geen backspace, of knippen en plakken. Niet veel later kwam er Tipp-ex op de markt, waarmee je de fout kon wegwerken, en nadat je het plekje even had laten drogen kon je er de goede letter(s) weer overheen typen. Behelpen zouden we nu denken maar in die tijd vond ik het een geweldige vooruitgang.
Één van de eerste dingen die ik schreef was een zelfverzonnen verhaal bij plaatjes van de fabeltjeskrant die iedere week in de Televizier/avrobode verschenen. Ik knipte deze uit, plakte ze in een schrift en verzon er zelf een mooi avontuur bij. Iedere week weer een stapje verder totdat ik aan het eind van het jaar mijn eigen Fabeltjeskranteditie had.
De fabeltjeskrant was destijds iedere dag op tv. Rond bedtijd. 5 minuten. Ik keek er graag naar. Al die figuren die eigenlijk heel stereotype waren, maar daardoor juist ook zo leuk. De afleveringen zaten vaak vol met woordspelingen en knipogen naar de politiek en eindigden veelal met een morele les . Helemaal mijn ding. In 1992 was de laatste uitzending. Daarna bleef het lang stil rondom de dieren in het Grote Dierenbos.
Heel stil. Tot dit jaar. Onlangs verscheen het bericht dat de serie terug gaat keren. De dieren gaan opnieuw hun opmars maken. Uiteraard in een heel nieuw jasje en in 3D. Een vijf minuten durende uitzending die wederom net voor kinderbedtijd (als men nog weet hoe laat dit tegenwoordig is) wordt uitgezonden Ik ben heel benieuwd hoe dat gaat worden.
Mag Momfer de Mol bijvoorbeeld nog wel met zijn sigaartje op tv, nu er hard campagne gevoerd wordt tegen roken. Mogen de dieren nog wel naar het praathuis voor een” borreltje”, nu we de jeugd juist willen wijzen op de gevaren van alcohol. Is de traditionele rolverdeling van mannen en vrouwen nog wel gewenst? Klussende mannelijke bevers, Meindert het paard als dokter met twee vrouwelijk hamsters als zijn assistenten. Truus de mier als bezig huisvrouwtje. En dat stereotype gedrag? Is dat nog wel van deze tijd?
Net als toen zullen we best vergelijkingen kunnen maken met sommige mensen om ons heen. Ook nu kennen we personen als zoef de Haas een persoontje dat vaak zijn eigen politiek voerde en soms een pet opzette en zomaar iemand arresteerde. We kennen vast ook zo onze juffrouw ooievaars die zichzelf heel belangrijk vinden en het altijd beter weten. De Stoffel de schildpadden die zich erg traag voortbewegen en vaak last van allerlei kwaaltjes lijken te hebben. De Woefdrams, geniepige types met ook vaak rare acties. De Isodora paradijsvogels, die het puur moeten hebben van het mooi zijn. Of bijvoorbeeld de Lowieke de vossen…. echte levensgenieters. En zo kan ik nog wel even doorgaan.
Mezelf zou ik omschrijven als een combinatie van de gezusters hamster en Lowieke de vos.
Een levensgenieter die graag voor anderen zorgt en deze wereld heel graag beter zou willen maken. Maar ik kan dat uiteraard niet alleen.
Misschien komt de genezing van onze zieke wereld een beetje dichterbij als we met zijn allen eens wat minder in stereotypes zouden denken. Als we mensen als individuen zouden zien en niet hele bevolkingsgroepen beoordelen en veroordelen op hetgeen vaak door enkele personen wordt veroorzaakt.
Misschien dat dan ooit alle ellendige berichten uit de krant verdwijnen en plaats maken voor luchtig nieuws. Nieuws met een knipoog. (toch meneer de Uil?!)
Dus ik zou zeggen: pak die Tipp-ex…. druk op Backspace. Laten we samen de wereld herschrijven en er zo een mooiere plaats van maken.
Ik knip en plak alvast wat plaatjes en bedenk er een mooi verhaal bij. Uiteraard wel met de nodige woordspelingen en een moraal. Zoals het hoort!
Een fijn lang Paasweekend allemaal
Joyce Derksen