Bemmelse pony voor Nooit te Ver
Geen nieuws, als ik verhaal, dat Huessenaren veel liefde kunnen opbrengen voor de bewoners van het dierenrijk. In ’t bijzonder de zwaan mag zich in een grote belangstelling verheugen en iedereen moet het weten.
In het binnen- en buitenland wordt de stadszwaan gekoesterd en steeds meer vlaggen-met-zwaan vinden hun weg van Stinase naar de voorgevel. Het meest opvallende plekje op de Huessense markt wordt ingenomen door de alsmaar vliegende stadszwaan.
Met dezelfde achting voor de dieren stoppen er dagelijks fietsers en automobilisten om de kleinere collega’s van de zwaan uit de Patersgracht op weg naar de kruimeltjes van de tafel van Jos Lamers een vrije doorgang te verschaffen. Vroeger was de bakkerij van Thé Geene “pleisterplaats” en als gastheer trad de zeer kort-bij-de-grond blaffende Wampie op. Er was achting voor dieren onderling net als wanneer nu de “Golden Angeltackel” zeer autoritair en beheerst toeziet op een goede oversteek van de “duckies”.
Lijkt voor een niet-dierenbezitter het omgaan van “baasjes” met hun dier soms stevig overdreven, voor superwandelfanaat Jan Knuiman van “Nooit te Ver” was de ontmoeting met een tiental viervoeters oneindig serieus. Van de goede wandelgeest bezield kwam de dierendelegatie zich melden voor de “avondzwemvierdaagse”. “Ja, natuurlijk”, zei Jan, “ze hebben niet voor spek en bonen in dit hondeweer meegelopen”. Hij weet natuurlijk ook, dat de kieskeurige hond met de ouderwetse rest van de mensentafel niet tevreden is, maar of ze de Vierdaagsemetalen kunnen doorkrijgen, betwijfel ik toch zeer sterk.
Desalniettemin voor mij reden genoeg om Jan met zijn wandelactieve en hondenvriendelijke staf bij de Bemmelse pony-weggevers voor te dragen als mogelijke dierenvriend voor het jaar ’86. Dat wordt dan een waardige opvolger van de varkensvriendelijkste van ’t Hullenaar, die enige jaren geleden al gekroond mocht worden.
Piet Driessen (DNK, 11/6/1986)